16 april 2015
We gaan er even uit voor reclame
Voor zij die het nog weten. In de blogpost "De Carretera Austral (Patagonië III)" kon je lezen dat ik in Chili meegewerkt heb aan een een reclamespotje voor het yoghurtmerk Colun. Wel dat spotje is nu afgewerkt en zal de komende twee jaar op de Chileense buis te zien zijn. Ik kom er eer paar keer kort in voor, maar het heeft een hoog waar-is-wally-gehalte.
Colun Light from Triciclo Films on Vimeo.
14 april 2015
Tijd voor wat kitch in La Paz en Copacabana (Bolivië)
Dinsdag 31 maart - Na een stevige 15 uur reizen kwam ik in het laat toe in La Paz. De stad met de hoogste commerciële vlieghaven (op 4000 m), is rauwere koek dan Sucre en Potosi. Meer mensen, meer chaos, meer smog, maar ook meer leven. Na drie maanden reizen had ik ook een beetje last van een midtravelcrisis(ke). Ik had al zoveel dingen gezien en gedaan en wist niet goed wat ik met La Paz aan moest. Ik slenterde twee dagen door straten, bezocht wat marktjes en winkeltjes, klom op een mirador en bezocht het kleine maar boeiende Coca-museum. Mijn hostel was in orde, maar te groot en te onpersoonlijk. Ik kon mijn draai dus niet echt vinden in La Paz.
Iglesia de Sanfrancisco |
De Killi Killi mirador |
Maar 's nachts wordt La Paz pas echt knap... |
Pik hier uw vakman naar keuze op! |
gedroogde baby-lama's op de heksenmarkt |
Coca-Koffie in het Coca-museum |
Voor de gevoelige kijkers: het is niet echt... |
Dit hoorde er nu eenmaal bij :) |
Kick-off |
Bezemwagen in troubles |
En dan was er een papegaai |
Zaterdag 4 april - Semana Sancta (de heilige week, een periode waarin heel Zuid-Amerika aan het reizen gaat) naderde zijn hoogtepunt. Ik vertrok samen met half La Paz richting het enige badstadje dat Bolivia rijk is, Copacabana aan het Titicacameer. 's Avonds heb ik mijn communiezieltje weer opgeblonken door de mis in de toch wel prachtige kerk bij te wonen. Veel volk, dat wel, maar niet echt inspirerend. De dienst duurde twee uur lang en bestond vooral uit enorm monotone preken met bijna geen muziek. Het was dus niet moeilijk om voor het zingen de kerk uit te zijn.
Van ma moet ik op de foto met een mamoet... |
Chinese toestanden.... |
De kerk van Copacabana op stille zaterdag |
Van op de mirador... Lo siento ;) |
Onder het motto: Koop uw huis in het klein...
... Het echt zal snel de uwe zijn!
(geldt ook voor hotels)
|
Hier wordt al eens een kaars gebrand |
Tijdens de avondmis op Stille Zaterdag... |
... hebben we onze paaseitjes verdiend! |
De zuidkant, poort naar Isla Del Sol |
Het Noorden kwijt... |
...en hij wist het ook niet zijn. |
Paasfestiviteiten |
Dan toch de noordkant gevonden |
Er was tijd genoeg om wat zon te pakken. |
Dinsdag 7 april - Hasta luego Bolivia, op naar Peru!
9 april 2015
Op een suikeren dinosaurus langs Sucre en Torotoro (Bolivië)
Donderdag 26 maart - Vanuit Potosi nam ik voor vijf euro een taxi richting Sucre. Een rit die ik deelde met drie Bolivianen waaronder een oud, in slaap vallend, traditioneel gekleed vrouwtje. Nu zeg maar vrouw, want die gezette achterwerken zijn vaak niet enkel het werk van hun meerlagerige rokken. Een kleine drie uur later had ik een aangename hostel (Pachamama) gevonden in de witte suikeren stad. De naam Sucre is echter te danken aan een of andere niet zo zoete revolutionair uit de 19de eeuw.
Ik hoopte er twee nachten te blijven, maar de nakende regionale verkiezen gooiden dit plan op een hoopje. In het weekend zouden er geen bussen meer rijden en dus vertrok ik vrijdagavond hals overkop richting Cochabamba. Een bijkomend ongemak was dat men geen alcoholische dranken mag verkopen in aanloop van verkiezingen. Lastig...
Op een drafje bezocht ik de stad, van de mirrador tot het kerkhof, van plaza 25 de Mayo tot het Bolivar park met prachtreplica van de Eifeltoren. Het kerkhof in het bijzonder was onverwachts interessant. De slogan "Hodie Mihi Cras Tibi", ("Vandaag ik, morgen jij") is misschien niet echt uitnodigend, maar de bijzondere inrichting maakt het een mooie, serene en bijna aangename plaats om te vertoeven. Veel studenten komen er dan ook studeren. Apart zijn vooral de witte muren met duizende kleine schrijnen, elks gevuld met bloemen en persoonlijke objecten (waaronder vreemd genoeg ook vaak mini-colaflesjes).
Op de nachtbus naar Cochabamba was ik de enige toerist, en dat was ongetwijfeld terecht. De gemengde salade was me slecht bevallen en moest er nog uit voor ik de bus opstapte. Niet bepaald de omstandigheden voor een netwerkgesprek, maar toch. Een van de passagiers hoopte dat ik iemand kende die 100 000 dollar in de industrie van Potosi wilde investeren. Wie zich geroepen voelt, ik heb de nodige contactgevens. Aangekomen in Cochabamba was mijn reis nog niet afgelopen want ik wou in het plattelandse nationaal park van Torotoro (het Jurasic Park van Zuid-Amerika) geraken. Het vervoersmiddel dat me daar naartoe kon brengen had zich op kafkaiaanse wijze verstopt in de stadsrand.
Uiteindelijk wist ik me in een minibusje tussen het boerenbuitenvolk te lepelen. De mantra-achtige ietwat enge Boliviaanse muziek (Voor de liefhebbers, zo klonk het) was even hobbelig als de landelijke kasseiweg naar het afgelegen dorpje Torotoro. Een platte band bracht een welkome afwisseling in de vier uur durende rit. En dan, plots, was ik temidden van alomtegenwoordige rust en vree op den buiten:
Daarna ging ik in een rechte, stijgende lijn naar La Paz.
Oh ja, ik vergat de dieren nog:
Ik hoopte er twee nachten te blijven, maar de nakende regionale verkiezen gooiden dit plan op een hoopje. In het weekend zouden er geen bussen meer rijden en dus vertrok ik vrijdagavond hals overkop richting Cochabamba. Een bijkomend ongemak was dat men geen alcoholische dranken mag verkopen in aanloop van verkiezingen. Lastig...
Op een drafje bezocht ik de stad, van de mirrador tot het kerkhof, van plaza 25 de Mayo tot het Bolivar park met prachtreplica van de Eifeltoren. Het kerkhof in het bijzonder was onverwachts interessant. De slogan "Hodie Mihi Cras Tibi", ("Vandaag ik, morgen jij") is misschien niet echt uitnodigend, maar de bijzondere inrichting maakt het een mooie, serene en bijna aangename plaats om te vertoeven. Veel studenten komen er dan ook studeren. Apart zijn vooral de witte muren met duizende kleine schrijnen, elks gevuld met bloemen en persoonlijke objecten (waaronder vreemd genoeg ook vaak mini-colaflesjes).
Hier zijn de blauw de rooi en die hebben ze niet graag in
het welstellende Sucre...
Ik zou op de dinosaurus stemmen!
|
Mini-appartementjes gevuld met dode mensen. |
Het justitiepaleis aan het Parque Simón Bolívar |
De Eifeltoren in het Parque Simón Bolívar |
In het kader van de verkiezingen: een gewone mensenfanfare... |
Boliviaanse verkeersopvoeding. Nuttig dat wel! |
Op de nachtbus naar Cochabamba was ik de enige toerist, en dat was ongetwijfeld terecht. De gemengde salade was me slecht bevallen en moest er nog uit voor ik de bus opstapte. Niet bepaald de omstandigheden voor een netwerkgesprek, maar toch. Een van de passagiers hoopte dat ik iemand kende die 100 000 dollar in de industrie van Potosi wilde investeren. Wie zich geroepen voelt, ik heb de nodige contactgevens. Aangekomen in Cochabamba was mijn reis nog niet afgelopen want ik wou in het plattelandse nationaal park van Torotoro (het Jurasic Park van Zuid-Amerika) geraken. Het vervoersmiddel dat me daar naartoe kon brengen had zich op kafkaiaanse wijze verstopt in de stadsrand.
Indisch aandoend voertuig op de markt van Cochabamba |
Hostel Los Molinos |
Een doordeweekse straat in Torotoro |
Het ontmoetinscentrum. Onze Witte Merel is er niets tegen. |
De Vergel waterval beneden in de 300 meter diepe canyon |
Hier zie je een Sauropodus-moeder en -kind, achternagezeten door een Velicoraptor |
In de neusgaten van een dinosaurus... |
Reuzeschilpad neerkijkend over het indrukwekkende dal |
De gids deed inkopen, 15 euro voor een schaap... |
...en een zakje waterachtige smakeloze bonen |
Bweik! |
Aan de ingang van de 5 km lange, 160 m diepe Uma Jalante grot,
met blinde vissenpoel
|
Oh ja, ik vergat de dieren nog:
Abonneren op:
Posts (Atom)